Ongewenste bacteriën in hondenvoeding zijn geen goede zaak, maar de landelijke ophef over de Brucella suis-bacterie die onderzoekers van de Wageningen Universiteit hebben ontdekt in rauw hondenvoer, is wat zwaar aangezet, vindt brancheorganisatie Dibevo. Tot nog toe is er maar één hond besmet geraakt met de bacterie en dat speelde bovendien vorig jaar al. De NVWA heeft daarbij aangegeven dat het risico op verspreiding ook nog eens uiterst gering is. Desondanks zorgt de berichtgeving over dit incident voor veel verwarring onder hondeneigenaren. Is rauw voer nog wel veilig, vragen ze zich af.

Dibevo begrijpt als geen ander dat de consument zekerheid wil. Daarom is de brancheorganisatie vorig jaar samen met een aantal leden (pioniers op het gebied van rauwe voeding) gestart met de ontwikkeling van een speciaal rauw voer-keurmerk dat die zekerheid kan geven. Daarmee wordt het voor hondeneigenaren eenvoudig om het kaf van het koren te scheiden.

“Om het keurmerk te krijgen, moet een leverancier voldoen aan een reeks van eisen die veel verder gaan dan de wettelijke eisen”, vertelt Dibevo-voorzitter Joost de Jongh. “Daarbij moet je niet alleen denken aan de productietechniek en ingrediënten, maar ook aan een duidelijke gebruiksaanwijzing voor de consument. Het hanteren van rauwe voeding stelt nu eenmaal hogere eisen aan de hygiëne dan brokvoeding. Net zoals je in de keuken een aparte plank moet gebruiken om rauw kippenvlees te snijden voor je maaltijd. Maar dat maakt kippenvlees natuurlijk niet gevaarlijk!”

Het keurmerk zal daarnaast ook een gedegen inkoopmarktonderzoek door de fabrikant verplicht stellen. Zo’n onderzoek helpt de import van besmet vlees – zoals vorig jaar is gebeurd – voorkomen.

Naar schatting geeft één op de vijf hondenbezitters rauw voer aan zijn viervoeter. Volgens een groeiende groep huisdiereigenaren is rauw vlees beter voor de hond, aangezien het dier van de wolf afstamt.

Bron: Dibevo